Een moeras aan de oever van de Gouwe
Het landschap op het Bolwerkterrein bestond tot in de Romeinse tijd uit een uitgestrekt veenmoeras
dat begroeid was met elzen en essen. Na het ontstaan van de Hollandsche IJssel en de Gouwe
(circa 230-390 na Chr.) werd het veen bedekt met kleilagen. In deze periode ontstond er een open
landschap met op de oeverwallen loofbos waarin eik, beuk en hazelaar groeide.
Buiten de oeverwallen
lagen natte graslanden en restanten van een elzenbroekbos. Vanaf het begin van de 14e eeuw werden er
in de directe omgeving van het onderzoeksgebied akkers aangelegd waarop rogge en mogelijk ook boekweit
werd verbouwd.
In de loop van de 14e eeuw was er een duidelijke intensivering in het gebruik van het
terrein, vooral de beweiding met vee nam toe.
|
Vlechtwerk Beerput met pispot
|